MEDAL voor de middelbare school: Taal verandert!

Je hoort misschien wel eens dat taal verloedert, maar is dat wel echt zo? Taal verandert namelijk al sinds het is ontstaan. En hoe is het eigenlijk überhaupt ontstaan?
Deze vragen komen allemaal aan bod op donderdag 10 april! MEDAL organiseert namelijk Taal verandert!, een workshop met 3 interactieve lezingen over de geschiedenis en evolutie van taal voor scholieren. De lezingen zijn het beste geschikt voor scholieren van 15 jaar en ouder, maar iedereen is welkom. Als je jonger bent dan 16, vragen we je bij de aanmelding wel even om apart contact met ons op te nemen vanwege de privacyverklaring.
Spreker 1: Koen de Reus (Max Planck Instituut)
Taalevolutie door de ogen van de zeehond
Hallo, mijn naam is Koen en ik ben een dierenbioloog die mensen (en dan voornamelijk taalkundigen) wil overtuigen dat we niet alles over taal kunnen leren door alleen naar onszelf te kijken. Met mijn onderzoek laat ik zien hoe taal is ontstaan in de mens. Daarbij vergelijk ik de menselijke taal en communicatie met dat van andere diersoorten, en dan specifiek zeehonden.
Veel mensen geloven dat taal ons uniek maakt en ons onderscheidt van andere dieren. Maar van de negen miljoen diersoorten op deze planeet ontwikkelden velen hun eigen vormen van communicatie, waarvan sommige kenmerken gemeen hebben met taal. Dit laat zien dat we niet zoveel verschillen van andere dieren als we denken. Het bestuderen van kenmerken die we met andere soorten delen kan helpen te begrijpen welke biologische en sociale omstandigheden nodig waren voor het ontstaan van taal in mensen. In deze lezing leer je meer over de studie van communicatie in andere diersoorten, zoals zeehonden, en hoe we daardoor meer over onszelf kunnen leren.
Spreker 2: Monique Tangelder (Radboud Universiteit)
Van oud naar nieuw: Hoe het Engels dat wij nu spreken heeft kunnen ontstaan
Mijn naam is Monique en ik doe onderzoek naar de taal- en letterkunde van de vroeg-middeleeuwse inwoners van een gebied dat we nu kennen als Engeland. Ik richt mij specifiek op Beowulf, een episch heldendicht uit de middeleeuwen over de held Beowulf die strijdt tegen het monster Grendel.
In de historische taalkunde analyseren wij overgeleverde teksten om oude talen en taalveranderingen in kaart te brengen en daarbij komen belangrijke vragen naar voren: Waar en wanneer in de menselijke ontwikkeling hebben wij gesproken taal ontwikkeld? Hoe kunnen we achterhalen hoe een nu dode taalvariant eigenlijk uitgesproken werd? Waarom veranderen talen in de tijd? Om antwoord te geven op die vragen gebruiken we deze lezing de geschiedenis van het Engels als lopend voorbeeld.
De oorsprong van de Engelse taal vinden bij de Germaanse volkeren die in onze streek leefden en in de 5e eeuw de oversteek naar de Britse eilanden waagden. Vanuit de verschillende talen en dialecten die deze groepen immigranten met zich meebrachten ontwikkelde zich een taal die wij nu Oudengels noemen. In de ongeveer 1500 jaar die daarop volgden kregen deze ‘Engelsen’ te maken met invasies (Vikingen en Normandiers), maar ook technologische en maatschappelijke ontwikkelingen die de taal hebben beïnvloed en de effecten zijn nog altijd zichtbaar in het hedendaagse Engels.
Spreker 3: Sándor Chardonnens (Radboud Universiteit)
Middeleeuwse magie: Hoe magie en taal hand in hand gaan
Mijn naam is Sándor, en ik ben filoloog van het middeleeuws Engels. Een filoloog is iemand die zich bezighoudt met oude talen of oudere taalstadia, door taalkunde, letterkunde, handschriftkunde en geschiedenis met elkaar te combineren. Dat komt mooi uit, want het leukste aan filoloog zijn, is natuurlijk het lezen van middeleeuwse handgeschreven boeken.
Historisch taalkundigen, in tegenstelling to filologen, gebruiken vaak tekstcorpora. Dat zijn speciale verzamelingen van teksten, die je op de computer kunt doorzoeken om bijvoorbeeld een idee te krijgen van de grammatica van een oude taal of een ouder stadium van een taal. Het blijkt echter dat deze tekstcorpora vaak slechts een bepaalde soort teksten bevatten, namelijk teksten die ooit zijn uitgegeven. Maar aangezien ongeveer 90% van alle middeleeuwse teksten niet is uitgegeven, geven tekstcorpora een vertekend beeld, omdat met name wetenschappelijke en religieuze teksten in de tekstcorpora ontbreken. Als je dus wilt weten of de Engelsen in de middeleeuwen eigen woorden hadden voor bijvoorbeeld de dierenriemtekens dan helpt een tekstcorpus je niet verder. In plaats daarvan mag je dan in bibliotheken handgeschreven teksten uitpluizen, wat voor een filoloog natuurlijk het onderzoek juist de moeite waard maakt.
Programma:
12:45 - 13:15
Inloop
13:15 - 13:30
Intro
Izabela Jordanoska, Projectcoördinator bij het Max Planck Instituut
13:30 - 14:15
Taalevolutie door de ogen van de zeehond
Koen de Reus, PhD student bij het Max Planck Instituut
14:15 - 14:30
Pauze
14:30 - 15:15
Van oud naar nieuw: Hoe het Engels dat wij nu spreken heeft kunnen ontstaan
Monique Tangelder, docent aan de Radboud Universiteit
15:15 - 15:30
Pauze
15:30 - 16:15
Middeleeuwse magie: Hoe magie en taal hand in hand gaan
Sandor Chardonnens, universitair hoofddocent aan de Radbout Universiteit
16:15 - 16:30
Outro
Izabela Jordanoska, Projectcoördinator bij het Max Planck Instituut
Voor registratie voor deze interessante middag, klik hier.
About MEDAL
This is a workshop organised by Methodological Excellence in Data-Driven Approaches to Linguistics (MEDAL) is an international consortium initiated by the University of Tartu in Estonia, in collaboration with the Max Planck Institute for Psycholinguistics and Radboud University in the Netherlands and the University of Birmingham in the United Kingdom. Financed by the EU Horizon Europe programme (101079429) and UK Research and Innovation organisation (101079429). MEDAL’s mission is to build expertise in data-driven linguistics methodology among early-career researchers. Read more about MEDAL here.
Share this page